Behandeling postpartum depressie

Een postpartum depressie is goed te behandelen. De behandeling kan bestaan uit:

  • gesprekstherapie
  • medicijnen
  • een combinatie van gesprekstherapie en medicijnen

Gesprekstherapie
Gesprekken met een psycholoog helpen meestal goed. Een bekende vorm van gesprekstherapie is cognitieve gedragstherapie. Gesprekken kunnen ook plaatsvinden met een praktijkondersteuner in je huisartsenpraktijk die gespecialiseerd is in psychische klachten (POH GGZ).

Antidepressiva
Wanneer gesprekstherapie alleen niet voldoende is, kunnen antidepressiva goed helpen. Antidepressiva werken in op de stoffen in je hersenen die gevoelens en stemmingen bepalen. Tegenwoordig kun je soms antidepressiva gebruiken én borstvoeding geven. Vraag eerst aan je arts of het in jouw situatie ook mogelijk is. Wil je de medicijnen anders gebruiken dan je arts heeft voorgeschreven? Overleg dit dan altijd eerst met je arts. Verder is het belangrijk om het gebruik van antidepressiva langzaam af te bouwen.
 
Kalmerings- of slaapmiddelen
Soms krijg je kalmerings- of slaapmiddelen van je arts. Deze medicijnen werken direct en helpen tegen slapeloosheid, angstgevoelens, spanning en onrust. Je gebruikt deze medicijnen meestal niet langer dan een paar weken.

Wil je herhaling voorkomen?
Wanneer je een postpartum depressie hebt doorgemaakt, heb je een verhoogde kans dat je na een volgende zwangerschap hier weer last van krijgt. Maar door op de signalen te letten en tijdig aan de bel te trekken als het niet gaat, kunnen veel problemen worden voorkomen. Enkele algemene tips zijn:

  • Neem tijdens je zwangerschap en na de bevalling veel rust.
  • Maak duidelijke afspraken over wanneer en hoe lang je kraambezoek komt.
  • Voorkom ingrijpende veranderingen, zoals de start van een studie of een verhuizing.